In aansluiting op het eerdere blog zijn nog de volgende vijf amendementen ingediend.
Amendement 33 841 nr. 22 (t.v.v. nr. 17)
Het eerder ingediende amendement van Lid keizer wordt thans mede ingediend door de Leden Bergkamp en Voortman. Zie eerder blog.
Amendement 33 841 nr. 14
De Leden Siderius en Van Gerven stellen in het amendement voor om in artikel 1.1.1 Wmo 2015 de volgende definitie op te nemen:
huishoudelijke voorziening: ondersteuning bij of overneming van activiteiten op het gebied van het verzorgen van het huishouden van een persoon dan wel van de leefeenheid waartoe een persoon behoort.
In artikel 1.1.1 Wmo 2015 wordt deze definitie ook opgenomen in de definitie van maatschappelijke ondersteuning. Verder stellen de Leden voor om in na artikel 2.1.7 Wmo 2015 een artikel in te voegen waarmee de gemeenteraad wordt verplicht om basistarieven vast te stellen voor het verlenen van een huishoudelijke voorziening en de manier waarop dat gebeurd. Dat artikel is een kopie van het huidige artikel 21a Wmo. Verder regelt dit amendement dat artikel 2.6.5 Wmo 2015 wordt aangepast met de plicht voor het college zorg te dragen voor de kwaliteit en continuïteit van de huishoudelijke voorziening die door derden worden verleend. Zonodig kunnen deze regels worden gesteld bij AMvB. Zie overigens ook het amendement van het lid Voortman over het verplicht overnemen van personeel.
Toelichting
Dit amendement regelt dat gemeenten verplicht worden om een basistarief te hanteren voor de huishoudelijke verzorging in de Wet maatschappelijke ondersteuning. De indieners achten het van groot belang dat er geen concurrentie op prijs komt en dat de nadruk komt te liggen op de kwaliteit van zorg. De indieners kiezen ervoor om de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 aan te laten sluiten bij het Voorstel van wet van het lid Leijten tot wijziging van de Wet maatschappelijke ondersteuning ter bevordering van de kwaliteit van de huishoudelijke verzorging en ter invoering van basistarieven voor de huishoudelijke verzorging (31347). Dit betekent dat er door gemeenten voor de huishoudelijke verzorging een basistarief moet worden vastgesteld op basis van kwaliteit.
Amendement 33 841 nr. 16
Lid Keijzer stelt in dit amendement voor om artikel 2.1.4 Wmo 2015 te wijzigen. In het gehele artikel wordt “maatwerkvoorziening” telkens vervangen door: voorziening. Verder wordt een lid toegevoegd waarin staat dat een AMvB wordt vastgesteld waarin de regels staan over de omvang en hoe het CAK een vordering op grond van de AWBZ verrekend.
Toelichting
Dit amendement regelt verschillende zaken. Ten eerste worden de regels die op grond van artikel 2 [red. bedoeld is 2.1.4], tweede lid, onderdeel b, bij gemeentelijke verordening voor algemene voorzieningen en maatwerkvoorzieningen kunnen worden gesteld, gelijk getrokken. Dit gebeurt door “maatwerkvoorzieningen” steeds te vervangen door “voorzieningen”, waaronder zowel maatwerkvoorzieningen als algemene voorzieningen worden begrepen. Hiermee wordt bereikt dat ook bij de vaststelling van de eigen bijdrage voor algemene voorzieningen rekening kan worden gehouden met het eigen vermogen en inkomen van de cliënt. In het wetsvoorstel is dit niet het geval en beslist de aanbieder van de algemene voorziening zelf over de hoogte van de eigen bijdrage, los van de achtergrond van de cliënt.
Ten tweede worden bij of krachtens algemene maatregel van bestuur (amvb) niet meer alleen regels gesteld over o.a. de hoogte en manier van invordering voor maatwerkvoorzieningen, maar ook voor algemene voorzieningen. Deze amvb wordt voorgehangen in de Kamer.
Ten derde verrekent het CAK vorderingen op grond van de Wmo met elkaar, zodat deze niet een bepaald, bij amvb vast te stellen, maximum overschrijden. Dit kan tevens worden gedaan met vorderingen op grond van de Awbz (in de toekomst de Wlz). Bij amvb worden hieromtrent nadere regels gesteld. Vanwege de technische aard van deze nadere regels verdient het de voorkeur de normering van de verrekening in lagere regelgeving op te nemen.
Amendement 33 841 nr. 18
De Leden Siderius en Van Gerven stellen in dit amendement voor om artikel 5.3a Wmo 2015 in te voegen. Ik wijs in dat kader op het blog over de plannen van de regering voor financiering van het sociale domein via een sociaal deelfonds binnen het gemeentefonds. Het kabinet wil niet dat de manier van financiering het tot stand komen van integraal gemeentelijk beleid belemmert. In het sociaal deelfonds worden de middelen voor de Wmo 2015, de nieuwe Jeugdwet, en re-integratiemiddelen (incl. zittend Wsw-bestand) van de Participatiewet ontschot aan gemeenten ter beschikking gesteld.
Toelichting
Dit amendement strekt ertoe om het budget dat gedecentraliseerd wordt ten behoeve van maatschappelijke ondersteuning te oormerken. De indieners zijn van mening dat geld bedoeld voor zorg niet mag worden uitgegeven aan andere zaken dan deze gedecentraliseerde taak. De indieners merken op dat juist in tijden van forse bezuinigingen op het gemeentefonds het risico aanwezig is dat gemeenten aan het gemeentefonds geld onttrekken om gaten in de gemeentebegroting te dichten. Voor het goed uitvoeren van deze nieuwe gemeentelijke taak, draagt het oormerken eraan bij dat er budget is voor het uitvoeren van deze taken.
Amendement 33 841 nr. 20
Het Lid Siderius stelt in dit amendement voor om artikel 2.1.7 Wmo 2015 te wijzigingen. Dat artikel regelt de bevoegdheid van de gemeenteraad bevoegd is om regels vast te stellen in de Verordening voor het verlenen van een financiele vergoeding voor de doelgroep. Dit amendement wijzigt de bevoegdheid in een plicht dat te doen. Geïnteresseerde lezers wijs ik op verschillende artikelen in Sociaal Bestel over dit onderwerp.
Toelichting
Dit amendement regelt dat gemeenten verplicht zijn om een tegemoetkoming te verstrekken voor de meerkosten van chronisch zieken en mensen met een beperking. Mensen met een beperking of chronische psychische of psychologische problemen worden financieel benadeeld door het afschaffen van de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten en door het afschaffen van de regeling Compensatie eigen risico. Het is redelijk om gemeenten te verplichten een lokale tegemoetkoming te verstrekken voor deze meerkosten, gezien de forse financiële opgaven waar chronisch zieken en mensen met een beperking voor staan. Gemeenten worden verplicht om hiervoor een verordening met duidelijk criteria op te stellen, zodat mensen die chronisch ziek zijn of een beperking hebben hieraan ook rechten kunnen ontlenen.
Pingback: Kort overzicht actualiteiten | Uitvoering Wmo 2015
Pingback: Algemene voorziening en hulp bij het huishouden in de Wmo 2015 | Uitvoering Wmo 2015
Pingback: Kort overzicht actualiteiten | Uitvoering Wmo 2015