Vandaag is een blog geplaatst met de laatste amendementen voordat het wetsvoorstel Wmo 2015 plenair wordt behandeld. Maar niets blijkt minder waar. Er zijn weer vier nieuwe amendenten ingediend.
Amendement 33 841 nr. 77
Status: nieuw
Het amendement van lid Dik-Faber regelt dat de gemeenteraad in de verordening voldoende bekendheid geeft aan ingezetenen over waar een melding en een aanvraag kan worden gedaan (nieuw art. 2.2.5 Wmo 2015).
Toelichting
De indiener van dit amendement meent dat het noodzakelijk is voor inwoners van een gemeente om niet alleen te weten op welke wijze een aanvraag voor maatschappelijke ondersteuning verloopt, maar dat zij ook weten waar zij hun aanvraag voor maatschappelijke ondersteuning kunnen indienen. Het zal namelijk per gemeente verschillen waar een aanvraag ingediend kan worden. De indiener wil voorkomen dat men voor een aanvraag van het ene naar het andere loket gestuurd wordt. De mogelijkheden hiervoor zijn voor gemeenten talrijk. De indiener meent dat het daarom van belang is dat zowel cliënten als betrokken welzijnsorganisaties weten waar de aanvraag voor maatschappelijke ondersteuning dient plaats te vinden. Dit amendement regelt dat gemeenten dit in de verordening dienen op te nemen.
Amendement 33 841 nr. 76
Status: nieuw
Met het amendement beogen de leden Siderius en Van Gerven te voorkomen dat de plicht tot tegenprestatie in de WWB nooit kan worden ingezet om professionele zorgtaken op grond van de Wmo over te nemen (aanpassing art. 2.2.9 en nieuw art. 6.3.7 Wmo 2015).
Toelichting
Dit amendement regelt dat de plicht tot het verrichten van maatschappelijke nuttige activiteiten (de zogenaamde tegenprestatie in de bijstand) zoals opgenomen in de Participatiewet nooit kan worden ingezet om professionele zorgtaken in het kader van dit wetsvoorstel over te nemen. Zorg verlenen is een vak. Verdringing van zorgmedewerkers door uitkeringsgerechtigden die verplicht vrijwilligerswerk moeten doen is uit den boze. Het verlenen van zorg dient fatsoenlijk te worden betaald en niet te worden gedegradeerd tot een vak waar mensen voor langere tijd moeten werken zonder loon te ontvangen.
Amendement 33 841 nr. 75
Status: nieuw.
Het amendement van de leden van ’t Wout en Van der Staaij regelt een zware voorhangprocedure voor de AMvB’s (aanpassing art. 3.1 Wmo 2015).
Toelichting
Met dit amendement wordt een zware voorhangbepaling geïntroduceerd ten aanzien van de algemene maatregel van bestuur die kan worden vastgesteld op grond van artikel 3.1, derde lid, van het wetsvoorstel.
Kern van voorliggend wetsvoorstel is gemeentelijke verantwoordelijkheid voor de maatschappelijke ondersteuning van hun inwoners. Zo staat in de memorie van toelichting expliciet vermeld dat gemeenten integraal verantwoordelijk worden voor de uitvoering van de wet, waaronder de kwaliteit van de geboden maatschappelijke ondersteuning. Ook staat aangegeven dat het wetsvoorstel bewust voorziet in een grote mate van beleidsvrijheid voor gemeenten. Gemeentelijke verantwoordelijkheid en beleidsvrijheid zijn daarmee fundamentele onderdelen van het wetsvoorstel. De voorgestelde AMvB kan potentieel een grote inbreuk doen op deze verantwoordelijkheid en beleidsvrijheid. Vanwege deze potentieel grote invloed op het karakter van de wet dient parlementaire betrokkenheid volgens de indieners vorm te krijgen via een zware voorhangbepaling.
Amendement 33 841 nr. 74
Status: nieuw.
Het amendement van de leden van ’t Wout en Van der Staaij regelt het vervallen van de wettelijke verplichting van verklaring omtrent gedrag.
Toelichting
Gemeenten zijn integraal verantwoordelijk voor de uitvoering van de maatschappelijke ondersteuning van hun inwoners, inclusief de kwaliteit van deze ondersteuning. De indieners zijn van mening dat gemeenten daarom – waar nodig – zelf moeten bepalen of zij een verklaring omtrent gedrag eisen van personen die beroepsmatig met cliënten in contact komen, en voor welke vormen van ondersteuning zij deze eisen stellen. Met dit amendement wordt daarom de bepaling die een verklaring omtrent gedrag verplicht stelt voor de maatschappelijke ondersteuning geschrapt. Gemeenten kunnen waar nodig deze eisen zelf opnemen in hun verordening.